Atelier

Van ruwe schapenwol naar…

Het vilten

Voordat je kan beginnen met het vilten ga je de wol “kaarden”. Met de kaarden zorg je ervoor dat alle wol vezels in dezelfde richting wijzen. Na het kaarden kun je starten met het vilten. Wat heb je nodig voor het natvilten?

Je vilt op een ondergrond van bubbelplastic of een rietenmat. De maat van het bubbelplastic is aan de beide uiteinde ongeveer 40cm groter. Je legt plukken wol op de bubbelplastic. Het hangt van het soort wol af hoe dun, zwaar en stevig de lap gaat worden. Hoe meer lagen wol hoe dikker de vilten lap. Ik heb gebruik gemaakt van een dunnen katoenen stof (kaasdoek), om op de vilten, omdat ik graag een soepele lap wilde hebben. Na een laag wol op het bubbelplastic is er een dunne katoenenstof over de plukken wol heen gelegd. Vervolgens is er op de stof nog een laag van plukken wol gelegd. De richting van de plukken wol is afgewisseld zodat de wol vezels goed in elkaar kunnen grijpen, maar ook dat de vezels door de open geweven stof kunnen grijpen.

• Olijfzeep ongeveer 10gram op 500/750ml warm water. Goed stevig roeren (met een klopper), laten staan voor een paar minuten en dan nog een keer stevig door roeren. Giet dit mengsel in een plantenspuit. De olijfzeep die gebruikt is komt bij de zijdewinkel vandaan en is ecologisch.

Maak de wol nat met de plantenspuit. De uiteinde van het bubbelplastic sla je voorzichtig over de wol. Vervolgens rol je het bubbelplastic stevig op. Rol er een handdoek omheen en begin met rollen. Dit doe je met een lichte druk uit te oefenen op de rol . Na ongeveer 5 minuten rol je de bubbelplastic open en ga je voorzichtig kijken hoe je werkstuk er uit ziet. Je kunt stukjes wol verplaatsen door te schuiven, til de wol niet op dan onderbreek je het vilt proces.

Vervolgens rol je het weer op en ga veder met het vilten. Rollen en kneden, steeds met iets meer druk. Na een minuut of 7 á 10 ga je weer kijken. Let op wissel van kant bij het oprollen. Beide kanten moeten gevilt worden. Hoe langer je vilt, hoe compacter en kleiner de lap wordt.

Het vilt proces

Bodywarmer vilten

Ik ben gestart met het maken van een proeflap van vilt. De wol die gebruikt is komt van het Rijnlamschaap de vraag was of ik daar iets mee kon maken. De wol van het Rijnlamschaap is zeer wisselend in vezelstructuur, dat zie je terug bij het vilten. Hoe zie je dat terug? Sommige stukken zijn heel dik andere heel dun gevilt, daarbij vilt de ene pluk makkelijker dan de andere pluk. In de proeflap kwam ik uit op 30% krimp. Vervolgens heb ik patroon getekend 30% groter dan de maat. Deze heb ik van dunnen stof gemaakt, omdat de vilten lap anders veel te stug en te zwaar wordt voor een bodywarmer. Je kunt ook heel goed op zijde vilten dit is o.a .verkrijgbaar bij de zijdewinkel.

De afwerking van de bodywarmer bij de schoudernaden en de randen is gedaan met droogvilten. Bij het droogvilten gebruik je een speciale naald. Je kunt een lap met de techniek van het droogvilten altijd bij werken. Voor het draag comfort zijn er splitten aan de zijkanten bodywarmer geknipt. De sluiting is gemaakt van een reststuk leer, vastgezet met de naaimachine.

De bodywarmer heb ik zoveel mogelijk uit één stuk gevilt. De keus hiervoor is dat ik graag beide voorpanden ongeveer van dezelfde dikte wilde hebben en daarnaast heb je te maken met krimp tijdens het vilten. De vacht van het Rijnlamschaap, heeft verschillende kwaliteiten vezels en op deze manier is het is stevig gelijkmatig product. De olijfzeep komt bij de zijdewinkel vandaan. Waar je ook zijde kan kopen om op te vilten. https://www.zijdewinkel.nl/